Diep in elk mens is er een godsbesef. Een verlangen om Hem te vinden. En iedere godsdienst is een zoektocht naar God. Maar in hoe ze over God denken verschillen de religies enorm van elkaar!
De waarheid kennen is van levensbelang
- In het Boeddhisme is er geen sprake van een persoonlijk God. Het gaat om de leer van Boeddha hoe je bevrijd kunt worden uit het rad van de wedergeboorte of reïncarnatie.
- In het Hindoeïsme zijn er meer dan 1000 goden. Brahma, Vishnoe and Krishna zijn de belangrijkste.
- In de Islam heeft Allah geen zoon. Isa (Jezus) is slechts een profeet .
- In het Christendom wordt Jezus gezien als de Zoon van God, die naar de aarde kwam als Verlosser.
Welke godsdienst heeft gelijk? Het is gemakkelijk om te zeggen : ‘Het maakt niet uit in welke godsdienst je gelooft. Ze gaan uiteindelijk allemaal dezelfde kant op. Zolang we elkaars geloof maar accepteren, dan komt het wel goed’.
Maar dat is veel te gemakkelijk! Natuurlijk is het goed om elkaar te respecteren. Maar wat godsdienst betreft is het van levensbelang om de waarheid te kennen. “En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, die U gezonden hebt” (Johannes 17:3). Het is simpelweg onmogelijk om alle religies over één kam te scheren. Ze vertonen grote verschillen. Slechts één kan waar zijn.
Het unieke van Jezus’ opdracht
Wat is zo uniek aan de boodschap van de Bijbel? Wat maakt Jezus zo speciaal?
Ik heb eens gelezen: ‘Er zijn veel mensen die graag god zouden willen zijn, maar er is maar één God die mens wilde worden.’ Daar zit nu de clou. In de meeste godsdiensten moeten we proberen tot God op te klimmen, maar in de Bijbel ontdekken we dat God tot ons is neergedaald. Hier is een oud verhaal dat dit duidelijk maakt:
‘Er was eens een man die in een droge put viel. Het was onmogelijk om er weer uit te klimmen. Toen hoorde hij voetstappen en zag het gezicht van de Boeddha. Hij vroeg om hulp en de Boeddha zei: ‘Dit is jouw karma. Maak van de gelegenheid gebruik om jezelf los te maken van al je verlangens’.
Een poosje later kwam Mohammed langs. Hij vroeg weer om hulp. Mohammed zei: ‘De wil van God is perfect en je moet die aanvaarden.’ Eén voor één kwamen alle godsdienstleiders voorbij met hun adviezen. Tenslotte kwam ook Jezus langs. Hij zei niets, maar klom de put in, nam de man in Zijn armen en zegende hem. Vervolgens liet Hij hem op zijn schouders klimmen om zo uit de put te kunnen klauteren. De man was dankbaar en blij: hij was weer vrij! Toen besefte hij dat Jezus zijn plaats in de put ingenomen had.
Jezus is de enige weg tot God
De Bijbel zegt in 2 Korintiërs 5:21 over Jezus: ‘Want Hem Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem’. En Jezus Zelf zei in Johannes 14:6 ‘Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij’. Door Jezus kun je bij God komen. Hij tilt je op uit de put van de zonde en brengt je terug bij God. Dat is de unieke boodschap van de Bijbel, niet te vergelijken met andere godsdiensten.