Wat is de essentie van zonde?
De Bijbel gebruikt verschillende woorden voor “zonde”. Deze laten verschillende aspecten zien van wat met zonde bedoeld wordt. Zonde gaat in de eerste plaats over onze relatie met God. Mensen hebben twijfels over Zijn goedheid en wijsheid; ze geven de voorkeur aan hun eigen definitie van goed en kwaad en leven er daarom maar op los zonder acht te slaan op Gods wil. Vaak doen ze niet wat ze zouden moeten doen, maar juist wat slecht is. Zie bijvoorbeeld Matteüs 15:19 “Want uit het hart komen voort kwaadaardige overwegingen, moord, overspel, ontucht, diefstal, valse getuigenissen, lasteringen”. Deze verwijzing laat zien dat zonde zowel in ons hart werkt (onze bedoelingen, ons innerlijk) als tot uitdrukking komt in onze feitelijke daden.
Waar komt zonde vandaan?
Toen God de aarde schiep, was deze perfect. De eerste mensen, Adam en Eva, waren zonder zonde. Ze waren geschapen met Gods heerlijkheid als doel. Ze leefden in volmaakte harmonie met God, met elkaar, en met al het geschapene. Duidelijk is dat God de zonde en het kwaad niet geschapen heeft. Maar al in het derde hoofdstuk van de Bijbel lezen we hoe zonde en verderf Gods schepping binnendrongen.
Adam en Eva hadden toestemming om van elke boom in de Hof van Eden te eten met één uitzondering. God waarschuwde hen: “Van alle bomen in de hof mag u vrij eten, maar van de boom van de kennis van goed en kwaad, daarvan mag u niet eten, want op de dag dat u daarvan eet, zult u zeker sterven” (Genesis 2:16-17). Maar Hij nam de mogelijkheid tot ongehoorzaamheid niet weg.
Adam en Eva hadden de keuze om God te gehoorzamen of niet te gehoorzamen. Satan, de tegenstander van God, kreeg het voor elkaar om Eva te laten twijfelen aan Gods goedheid door haar leugens over Hem te vertellen. Hij zorgde ervoor dat ze ontevreden werd over haar positie als mens, en vertelde haar dat ze door God ongehoorzaam te zijn, als God Zelf zou worden: “Maar God weet dat, op de dag dat u daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden en dat u als God zult zijn, goed en kwaad kennend” (Genesis 3:5). Helaas vertrouwde Eva satan meer dan God en at ze van de verboden vrucht. Adam deed met haar mee in haar ongehoorzaamheid en meteen merkten ze dat alles was veranderd – niet zoals satan had beloofd, maar zoals God hen had voorzegd. Ze moesten uit de eerste hand ervaren wat zonde betekent.
Hoe verspreidde de zonde zich naar andere mensen?
Adam en Eva gaven hun zondige natuur door aan hun kinderen en aan al hun nakomelingen (aan alle mensen dus). De apostel Paulus schreef dat: “door de ongehoorzaamheid van de ene mens velen als zondaars aangemerkt worden” (Romeinen 5:19). Of, zoals Romeinen 5:12 het verwoordt: “Door een mens is het kwaad in de wereld gekomen. En door het kwaad kwam de dood in de wereld. Alle mensen moeten sterven , omdat alle mensen verkeerde dingen doen” (BasisBijbel).
Koning David getuigt: “Zie, ik ben in ongerechtigheid geboren, in zonde heeft mijn moeder mij ontvangen” (Psalm 51:7). Hij bedoelde niet dat zijn moeder hem kreeg zonder getrouwd te zijn, maar dat hij een zondaar was nog voordat hij geboren was. Vanwege de erfzonde “hebben alle mensen gezondigd en missen ze de heerlijkheid van God” (Romeinen 3:23). We zijn allemaal door de zonde aangetast en niet in staat om op de juiste manier te leven.
Waarom liet God zonde en kwaad toe in Zijn schepping?
Veel mensen vragen zich af waarom God het kwaad laat voortbestaan. We zullen deze vraag nooit afdoende kunnen beantwoorden, omdat wij God niet zijn en Zijn gedachten hoger zijn dan die van ons (Jesaja 55:8-9). Maar we kunnen er wel zeker van zijn dat God het kwaad gebruikt om Zijn Naam te verheerlijken. Dit klinkt misschien niet erg troostrijk, maar uiteindelijk gaat het maar om één ding: dat Gods Naam verheerlijkt wordt. God liet toe dat Jezus gekruisigd werd; dat was het slechtste dat ooit gebeurde op deze aardbodem.
En toch was het datgene waardoor God zondaars heeft gered, en leven, licht en hoop terugbracht in een wereld die verloren lag in duisternis. Jezus kwam om de werken van de duivel te verbreken (1 Johannes 3:8) en de weg naar het Koninkrijk der hemelen in het hart van degenen die uit God geboren zijn, te ontsluiten (1 Johannes 3:9)!
Wat zijn de gevolgen van de zonde van de mens?
Zonde ontwricht de band tussen God en de mens. De profeet Jesaja legt het aan zijn lezers uit: “Uw ongerechtigheden maken scheiding tussen u en uw God, uw zonden doen Zijn aangezicht voor u verborgen zijn, zodat Hij u niet hoort” (Jesaja 59:2). Dat is een enorm probleem, omdat mensen alleen in Gods tegenwoordigheid kunnen opbloeien.
Zonde leidt tot de dood
Zonde beledigt God en roept Zijn toorn op. Toen Adam en Eva zondigden, moesten ze daarom de gevolgen dragen waarvoor God ze al gewaarschuwd had: “u zult zeker sterven” (Genesis 2:17). “Want het loon van de zonde is de dood…” (Romeinen 6:23). Deze dood is lichamelijk, geestelijk en eeuwig.
- Lichamelijke dood is overal om ons heen zichtbaar: mensen sterven, worden ziek…
- Geestelijke dood betekent dat niemand zijn oorspronkelijke levensdoel kan bereiken: God eren. Mensen zijn verdorven en geneigd tot alle kwaad. “Er is niemand rechtvaardig, ook niet één, er is niemand die verstandig is, er is niemand die God zoekt. Alle zijn afgedwaald, samen zijn zij nutteloos geworden. Er is niemand die goeddoet, er is er zelfs niet één” (Romeinen 3:10-12; Psalm 14:2-4).
- Eeuwige dood betekent dat zondige mensen eeuwige straf verdienen na hun dood. Ze moeten de eeuwigheid zonder God in de hel doorbrengen, een plaats van totale ontreddering.
De schepping is ook door de zonde aangetast.
De mensen werden aangesteld als bewaarders van Gods schepping (Genesis 1:27-28). Door hun ongehoorzaamheid werd ook de schepping aangetast. De aardbodem werd vervloekt en brengt nu ook dorens en distels voort (Genesis 3:17-18). Dieren doden elkaar of komen om in natuurrampen. Alle lijden en wreedheid die we zien in de dierenwereld hoorde oorspronkelijk niet bij Gods schepping, maar is het gevolg van menselijke zonde.
Heeft zonde het laatste woord?
Toen God Adam en Eva opzocht nadat ze tegen Hem gezondigd hadden, strafte Hij hen weliswaar, maar bood hen ook een uitweg aan. Hij beloofde dat satan vermorzeld zou worden door het nageslacht van de vrouw (Genesis 3:14-15). Verderop in de Bijbel leren we dat daarmee Jezus bedoeld is. Hij is God, maar Hij werd ook mens om verzoening te brengen voor de zonde van de mensen. Hij leed en stierf in hun plaats, en bracht zo Gods toorn tot bedaren. Een ieder die in Jezus gelooft, wordt gered van de schuld en de macht van de zonde.
De worsteling tegen de zonde
Zolang gelovigen nog hier op aarde zijn, moeten ze de gevolgen van de zonde dragen. Ze moeten weerstand bieden aan de zondige begeerten die nog steeds in hun hart aanwezig zijn. Telkens als we ons bewust worden van zonde, moeten we dat belijden en om Gods vergeving vragen. Alleen door de kracht van de Heilige Geest is het mogelijk om een rechtvaardig leven te leiden tot eer van God.
Op de nieuwe aarde zullen de gevolgen van de zonde verdwenen zijn
Aan het einde van de tijd zal de zonde voorgoed overwonnen zijn. Als Jezus een nieuwe aarde schept, zal die volmaakt zijn. Alle vreselijke gevolgen van gebrokenheid en zonde – rouw, verdriet, pijn – zullen er niet meer zijn (Openbaring 21:3-4). Gods kinderen zullen daar leven in volmaakte harmonie met hun Schepper zoals het in het begin was.
Zonde heeft niet het laatste woord. Gods eeuwige liefde wél.