Kerkdiensten zijn een normaal onderdeel van het christelijk leven. Overal ter wereld komen gelovigen regelmatig samen in lokale kerken. God droeg ons zelfs op om dat te doen – zie Hebreeën 10:25. Maar wat gebeurt er precies in een kerkdienst?
Enkele standaard-onderdelen
Er is veel variatie tussen kerkdiensten. Sommige zijn heel formeel en volgen een strikte liturgie met veel ceremonie en rituelen. Andere zijn informeler. Sommige gelovigen komen samen in een huiskamer, andere in grote kerkgebouwen. Sommige gemeenten tellen slechts een handvol mensen, andere hebben duizenden leden. Hoe een kerkdienst er precies uitziet, hangt onder andere af van de omvang van de gemeente, van de lokale cultuur en van de kerkelijke denominatie. Maar er zijn bepaalde elementen die in de meeste kerkdiensten terugkomen.
Gebed
Net zoals gebed een normaal onderdeel is van het persoonlijke geloofsleven, is het ook een standaard onderdeel van kerkdiensten. Tenslotte komen gelovigen niet alleen samen om elkaar te ontmoeten, maar ook om God Zelf te ontmoeten. Jezus beloofde in Mattheüs 18:20: “Waar twee of drie in Mijn Naam bijeengekomen zijn, daar ben Ik in hun midden”. Gebed is een middel om onze lofprijs te uiten, om God te danken voor Zijn zegeningen, en om Zijn hulp te vragen. Omdat er veel mensen bij elkaar zijn in een kerkdienst, is het ook een geschikte gelegenheid om onze zorgen en noden te delen met mede-gelovigen en voor elkaar te bidden.
Bijbellezing
Gods Woord heeft een centrale plaats in kerkdiensten. Gewoonlijk worden één of meerdere Bijbelgedeelten hardop voorgelezen. Welke gedeelten gelezen worden, kan bepaald worden door een leesrooster of gekozen worden door de voorganger die de preek houdt. Kerkgangers kunnen meelezen in hun eigen Bijbels.
Het lezen van de Bijbel is belangrijk, omdat dit het middel is waarvoor God vandaag de dag vooral tot ons spreekt en “de mens niet alleen van brood leeft, maar dat de mens leeft van alles wat uit de mond van de HEERE komt” (Deuteronomium 8:3). “Het Woord van God is levend en krachtig” (Hebreeën 4:12).
Preek
Een kerkdienst is ook een goede manier om onderwijs te ontvangen van iemand die veel over de Bijbel weet. In veel kerken zijn er speciaal aangestelde voorgangers die theologie hebben gestudeerd om een dieper begrip te krijgen van God en van de Bijbel. In de preek geven zij deze kennis door aan medegelovigen. Er zijn ook kerken waar de preek niet wordt gehouden door aangestelde voorgangers, maar door gemeenteleden. In de preek legt de voorganger een Bijbelgedeelte uit door historische achtergrondinformatie te geven, door de taalkundige structuur van een tekst uit te leggen, door verbanden te leggen tussen verschillende Bijbelgedeelten, enzovoorts. Hij probeert ook om Gods Woord toe te passen op zijn publiek. Tenslotte is de Bijbel niet slechts een historisch boek, en de preek is niet slechts een verklarende lezing. Het is de verkondiging van het Evangelie. God spreekt door de preek.
Zingen
Een ander standaard onderdeel van kerkdiensten is zingen. Soms gebeurt dat door een koor of een band, maar vaak zingt de hele gemeente samen. Er kunnen Psalmen gezongen worden, oude of moderne liederen, met of zonder muzikale begeleiding, met of zonder dans – ook hier is er allerlei variatie mogelijk, maar het doel is altijd om God te eren en onze lofprijs, dank of verdriet te verwoorden. Samen zingen heeft oude Bijbelse wortels, en wordt aangemoedigd in Bijbelverzen als Psalm 96: “Zing voor de HEERE een nieuw lied, zing voor de HEERE, heel de aarde. Zing voor de HEERE, loof Zijn Naam, breng de boodschap van Zijn heil van dag tot dag” en Kolossenzen 3:16: “Onderwijs elkaar en wijs elkaar terecht, met psalmen, lofzangen en geestelijke liederen. Zing voor de Heere met dank in uw hart”.
Avondmaal
Een element dat regelmatig terugkeert in kerkdiensten, hoewel niet per se iedere week, is het Heilig Avondmaal (ook wel Eucharistie genoemd). Dit is een sacrament dat Jezus Zelf heeft ingesteld (zie 1 Korinthe 11:23-26). Gelovigen eten een stukje brood en drinken een slokje wijn. Die representeren Jezus’ lichaam en bloed. Jezus gebood Zijn discipelen expliciet: “Doe dat, zo dikwijls als u die drinkt, tot Mijn gedachtenis. Want zo dikwijls als u dit brood eet en deze drinkbeker drinkt, verkondig de dood van de Heere, totdat Hij komt” (1 Korinthe 15:25-26).
Hoe het Avondmaal precies gevierd wordt, kan verschillen. In sommige kerken zitten gelovigen letterlijk rond een tafel – net zoals Jezus en Zijn discipelen deden toen dit sacrament werd ingesteld. Andere kerken geven de wijn en het brood door terwijl mensen op hun plaats blijven zitten of staan. In Rooms-Katholieke diensten deelt een priester het brood uit aan de mensen.
Doop
Het tweede belangrijke sacrament is de doop. Die kan ook in een kerkdienst plaatsvinden, in het kerkgebouw of ergens buiten in open water. Het dopen van gelovigen wordt ons door Jezus opgedragen in Mattheüs 28:19-20: “Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest”. In tegenstelling tot het Heilig Avondmaal, is de doop een eenmalig sacrament. In veel gemeenten worden mensen gedoopt als ze voor het eerst lid worden van een kerk. Sommige kerken dopen jongen kinderen die bij de gemeente horen, andere dopen alleen volwassenen. De doop is een uiterlijk teken van Gods vergeving en van het nieuwe leven in Christus.
Collecte
Veel kerken houden een collecte tijdens of na hun diensten. Deze collectes zijn bedoeld om de kosten van de lokale gemeente te dekken. Hierbij denk je aan de kosten voor het kerkgebouw, het salaris van de voorganger, enzovoorts. Collectes kunnen ook gebruikt worden voor financiële hulp aan arme gemeenteleden, of voor evangelisatie-acties en andere goede doelen.
Zegen
Als de kerkdienst afgelopen is, ontvangen de aanwezigen gewoonlijk een zegen. Bijvoorbeeld de priesterlijke zegen uit Numeri 6:24-26: “De HEERE zegene u en behoede u! De HEERE doe Zijn aangezicht over u lichten en zij u genadig! De HEERE verheffe Zijn aangezicht over u en geve u vrede!”
Eenheid in verscheidenheid
Zoals hierboven al gezegd, is er veel variatie mogelijk in kerkdiensten. Maar in al deze diversiteit is er “de eenheid van de Geest”. Er is “één lichaam en één Geest, zoals u ook geroepen bent tot één hoop van uw roeping, één Heere, één geloof, één doop, één God en Vader van allen, Die boven allen en door allen en in u allen is” (Efeze 4:4-6).
Overal ter wereld, in allerlei culturen en kerkelijke denominaties, komen mensen samen in Jezus’ Naam met als wens “dat Hij u geeft, naar de rijkdom van Zijn heerlijkheid, met kracht gesterkt te worden door Zijn Geest in de innerlijke mens, opdat Christus door het geloof in uw harten woont en u in de liefde geworteld en gefundeerd bent, opdat u ten volle zou kunnen begrijpen, met alle heiligen, wat de breedte en lengte en diepte en hoogte is, en u de liefde van Christus zou kennen, die de kennis te boven gaat, opdat u vervuld zou worden tot heel de volheid van God” (Efeze 3:16-19).