Wat betekent het om met God ‘verzoend’ te worden? Waarom is dat nodig?

In 2 Korinthe 5:18 introduceert de apostel Paulus “de bediening van de verzoening”. In de voorgaande verzen legt hij uit dat wij een nieuwe schepping zijn in Christus omdat Christus voor ons gestorven is; dat “het oude” voorbijgegaan is en dat alles nieuw is geworden. “En dit alles is uit God, Die ons met Zichzelf verzoend heeft door Jezus Christus, en ons de bediening van de verzoening gegeven heeft.” Wat betekent dit, en waarom is het noodzakelijk?

Waarom moeten wij met God verzoend worden?

Paulus geeft zelf een hele goede uitleg in 2 Korinthe 5:19: “God was het namelijk Die in Christus de wereld met Zichzelf verzoende, en aan hen hun overtredingen niet toerekende; en Hij heeft het woord van de verzoening in ons gelegd.” Verzoening is het werk van God, door Christus, waarmee Hij mannen en vrouwen terugbrengt in een gunstige relatie met Hemzelf. Hij doet dit door ons onze overtredingen niet (meer) aan te rekenen. Er treft ons geen schuld meer voor onze overtredingen. De reden dat onze relatie met God verzoening nodig had, is dat de eerste man en vrouw zichzelf van Gods goedheid hadden afgesneden door ongehoorzaam aan Hem te zijn in de Hof van Eden (Genesis 3).

Hebben we verzoening verdiend? Hebben we er recht op om met God verzoend te worden?

Kort samengevat: nee. Sterker nog, het was “toen wij vijanden waren, [dat wij] met God verzoend zijn door de dood van Zijn Zoon” (Romeinen 5:10). Niet alleen hadden we niets gedaan om verzoening te verdienen, we hadden de zaak nog erger gemaakt door onze ongehoorzaamheid. Wij “die eertijds vervreemd en vijandig gezind” waren, door onze boze werken (Kolossenzen 1:21, NBG51). Maar we hebben een God Die van ons houdt! En zodra we Jezus Christus aanvaarden als onze Verlosser, kan ieder van ons vertrouwen op en zich verheugen over de belofte dat Hij ons “nu ook verzoend [heeft] in het lichaam van Zijn vlees, door de dood, om u heilig en smetteloos en onberispelijk voor Zich te plaatsen” (Kolossenzen 1:21-22). Prijs de Heer voor onze wonderbare en almachtige God!

Gods reddingsplan – hoe het zit

Want alles wat eertijds geschreven is, is tot onze onderwijzing eerder geschreven, opdat wij in de weg van volharding en vertroosting door de Schriften de hoop zouden behouden.” (Romeinen 15:4)

God heeft sinds het begin der tijden gewerkt aan onze verlossing, en elk boek van het Oude Testament bevat een voorafschaduwing naar Jezus en Gods reddingsplan voor de mensheid. Het woord “verzoening” komt in meerdere boeken van het Oude Testament voor. Het houdt verband met (bloed)offers en boetedoening en betrof, overeenkomstig de bepalingen van de Wet van Mozes, een tijdelijke verzoeningsdaad die door de mens gedaan moest worden.

Om deze tijdelijke verzoening te bereiken moest het bloed van een smetteloos dier geofferd worden. De reden hiervoor was deze: “zonder het vergieten van bloed vindt er geen vergeving plaats” (Hebreeën 9:22), een voorafschaduwing naar het bloed van Christus dat werd vergoten op het kruis. De priester die het offer bracht moest zijn handen op de kop van het dier plaatsen om te symboliseren dat dit dier Gods oordeel droeg in plaats van de zondaar (zie bijvoorbeeld Exodus 29:10). Hiermee werd voorzegd hoe we de Here Jezus Christus moeten aanvaarden als onze Verlosser.

Kan God niet gewoon zeggen: “Alles is vergeten”?

Als twee partijen met elkaar verzoend moeten worden, betekent dit dat er een gebrokenheid tussen hen in staat die geheeld moet worden. In het geval van God en de mensheid werd de breuk die tussen Hem en ons ontstond, veroorzaakt door onze ongehoorzaamheid en onze zondige natuur die uit deze ongehoorzaamheid voortkwam. Om precies te zijn: omdat God volmaakt heilig en rechtvaardig is, werden wij door de keuze van de mensheid om Hem ongehoorzaam te zijn, van God afgesneden.

God kan ons niet in Zijn aanwezigheid verwelkomen in onze huidige staat van onheiligheid. Vóórdat Adam en Eva uit de Hof van Eden “verbannen” werden (Genesis 3:23) bevonden zij zich in harmonie met God. Dit hield in dat God hier op aarde was, en met Adam en Eva samen was. Maar vanwege de ongehoorzaamheid van de mens (Romeinen 3:23) zijn wij zowel in ons fysieke als in ons eeuwige geestelijke leven van God gescheiden geraakt (Romeinen 6:23). Dit kan niet maar gewoon door de vingers gezien worden: boetedoening en verzoening zijn essentieel.

Eeuwige dankbaarheid

Vanwege zijn zondige natuur kon en wilde de mens niet zelf het initiatief nemen tot het bewerkstelligen van verzoening. We hadden er geen idee van wat er na onze fysieke dood zou gebeuren. We zijn en waren niet in staat om onszelf te verlossen en beseften niet eens dat dat nodig was, maar gebruikten onze vrije wil om te doen waar we zin in hadden. Daarom gaf God de Wet van Mozes (om ons een besef te geven van Zijn heiligheid) en begon Hij Zijn verlossingsplan te openbaren. Af en toe ontvingen Zijn profeten aanwijzingen. Daniël vernam dat er een tijd zou komen waarin de bestraffing van de zonde van de mensen ten einde zou komen; dat de mensen zich niet langer tegen God zouden keren en dat de prijs voor hun zonden betaald zou zijn (Daniël 9:24). Met name de profeet Jesaja ontving veel informatie over Jezus (Jesaja 52:13-53:12).

Ten gevolge van Jezus’ lijden en dood op het kruis kunnen wij met God verzoend worden mits we in Hem geloven. Onze liefhebbende God heeft dit voor ons mogelijk gemaakt, en hiervoor zijn we Hem beslist onze eeuwige dankbaarheid verschuldigd. “Wij zijn dan gezanten namens Christus, alsof God Zelf door ons smeekt. Namens Christus smeken wij: laat u met God verzoenen.” (2 Korinthe 5:20).

Deel artikel