Waarom eindigen we ons gebed met ‘Amen’?

Why do we end our prayers with amen?

Laten we eerst eens uitzoeken wat ‘Amen’ eigenlijk betekent. Het is een Hebreeuws woord dat afstamt van ‘AMN’. Dit staat voor stabiliteit en betekent ‘zo zal het zijn’, ‘ik ben het ermee eens’, ‘laat het zo zijn’. Als we ‘amen’ zeggen aan het eind van onze gebeden, vragen we God eigenlijk om ‘het alstublieft zo te laten zijn als we hebben gebeden’.

Amen in het Oude Testament

We zien dat het woord ‘amen’ voorkomt in zowel het Oude als het Nieuwe Testament. Veel van de Oudtestamentische verwijzingen verbinden het woord ‘amen’ aan lofprijs. De zin ‘en heel het volk zei, Amen, en prees God’ in 1 Kronieken 16:36, is een voorbeeld van de connectie tussen het woord ‘Amen’ en lofprijs. Dubbele Amens (Amen en Amen) in de lofprijs van God vinden we in Psalm 41:13, 72:19, en 89:52. Hier ziet het ernaar uit dat 1 persoon aan het bidden is of God aanbidt en anderen antwoorden met ‘Amen’.

Amen in het Nieuwe Testament

De schrijvers van het Nieuwe Testament gebruiken het woord ‘Amen’ ook. Sommige doen dat aan het einde van hun brieven. Anderen leggen de connectie met het aanbidden en verhogen van God, en in verbinding met de wederkomst en het einde der tijden (Openbaring 22:20,21). Het valt hier op dat degene die het gebed of de aanbidding van God beschrijft dezelfde persoon is die ook ‘amen’ zegt. Zodoende zegt het God dat we iets gebeden hebben wat we echt meenden. Of we dat nu samen met anderen bidden of alleen. Het laat zien dat we geloven dat God onze gebeden verhoort en beantwoordt zoals Hij dat goed acht.

Deel artikel