Van christenen wordt verwacht dat ze moeilijkheden overwinnen en dat ze zelfs bereid zijn voor hun geloof te sterven. Jezus vertelde Zijn discipelen: “En u zult door allen gehaat worden omwille van Mijn Naam; maar wie volharden zal tot het einde, die zal zalig worden” (Mattheüs 10:22, Marcus 13:13). De Bijbel laat veel voorbeelden zien van mensen die precies dat hebben ervaren, zoals Stefanus (Handelingen v7:54-60) en Jakobus (Handelingen 12:1-2). Maar wat als je niet sterk genoeg bent om dat te verdragen? Wat als je onder de druk bezwijkt en Jezus verloochent om je leven te sparen? Zal God je dan wel vergeven?
Jezus verloochenen is een ernstige zonde
Jezus maakt duidelijk dat Hem verloochenen een ernstige zaak is. In Mattheüs 10:32-33, zegt Hij: “Ieder dan die Mij belijden zal voor de mensen, die zal Ik ook belijden voor Mijn Vader, Die in de hemelen is. Maar wie Mij verloochenen zal voor de mensen, die zal Ik ook verloochenen voor Mijn Vader, Die in de hemelen is”.
2 Timotheüs 2:11-12 zegt: “Dit is een betrouwbaar woord.Want als wij met Hem gestorven zijn, zullen wij ook met Hem leven. Als wij volharden, zullen wij ook met Hem regeren. Als wij Hem verloochenen, zal Hij ons ook verloochenen”. Volgens dit Schriftgedeelte betekent Jezus verloochenen je heil verliezen. Jezus is de enige Weg naar de Vader (zie Johannes 14:6). Als je Hem afwijst en verloochent, dan is er geen andere mogelijkheid om met God verzoend te worden.
De apostel Petrus heeft Jezus verloochend
Maar er is meer te zeggen over dit onderwerp. Laten we het verhaal van de apostel Petrus eens bekijken. Hij was ongeveer drie jaar lang één van de twaalf trouwe volgelingen van Jezus geweest en hij was vast overtuigd van zijn toewijding aan de Meester. Op de avond voor Hij gearresteerd zou worden, waarschuwde Jezus Zijn discipelen: “U zult in deze nacht allen aanstoot aan Mij nemen”. Maar Petrus antwoordde zelfverzekerd: “Al zouden zij ook allen aanstoot aan U nemen, ik zal nooit aanstoot aan U nemen … Al moest ik ook met U sterven, ik zal U beslist niet verloochenen!” (Mattheüs 26:31-35).
Maar toen Jezus gearresteerd werd en Petrus zag hoe Hij ondervraagd en geslagen werd, verdween al zijn moed. Tot drie keer toe stelden de omstanders vast dat ook Petrus bij Jezus geweest was. Maar alle drie keer, ontkende Petrus het met de woorden: “Ik weet niet wat u zegt … ik ken de Mens niet” (Mattheüs 26:69-74). Hij was bang ook gevangen genomen en misschien zelfs ter dood gebracht te worden als volgeling van Jezus. Daarom verloochende hij zijn Heiland. Toen Petrus besefte wat hij had gedaan, ging hij naar buiten en huilde bitter. Hij hield echt van Jezus en was nooit van plan geweest Hem te verloochenen. Maar op een moment van zwakte deed hij precies wat Jezus had voorzegd dat hij zou doen.
Jezus heeft het goedgemaakt met Petrus
Petrus had geen kans meer om het goed te maken met Jezus, omdat Jezus de volgende dag zou sterven. Maar drie dagen later stond Jezus weer op uit de dood. Een engel zei tegen de vrouwen die het eerst bij het graf waren: “Wees niet ontdaan. U zoekt Jezus de Nazarener, de Gekruisigde. Hij is opgewekt! Hij is hier niet; zie de plaats waar ze Hem gelegd hadden. Maar ga heen, zeg tegen Zijn discipelen, en Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galilea; daar zult u Hem zien, zoals Hij u gezegd heeft” (Markus 16:6-7). De engel zei hen nadrukkelijk dat Jezus een ontmoeting met Petrus wilde.
1 Korintiërs 15:3-5 zegt dat Jezus verscheen “aan Kefas, daarna aan de twaalf”. Kefas is een bijnaam van Petrus, dus deze verzen verwijzen naar een persoonlijke ontmoeting tussen Petrus en Jezus voordat Hij de anderen ontmoette. We weten niet wat er tijdens dat contact besproken is, maar wel dat bij een latere gelegenheid Jezus aan de discipelen verscheen en Petrus toen de opdracht gaf om voor de kerk te zorgen (Johannes 21:15-17). Jezus vertelde hem ook dat hij vervolging zou meemaken en uiteindelijk God zou verheerlijken door zijn dood (Johannes 21:18-19). Deze gebeurtenissen laten zien dat Jezus Petrus’ ontrouw en verloochening vergaf.
Berouw is essentieel
Er is echter nóg een verhaal over een andere discipel van Jezus met wie het niet goed afloopt. Judas verraadde Jezus en kwam tot het besef “Ik heb onschuldig bloed verraden”. Hij ging heen en verhing zichzelf, en ontnam zich zo de laatste kans om berouw te tonen (zie Mattheüs 27:3-5).
Jezus verloochenen is een ernstige en ‘gevaarlijke’ zaak. Maar de Bijbel leert heel duidelijk: “Als we onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid” (1 Johannes 1:9). Het verhaal van Jezus leert ons dat de zonde van verloochening geen uitzondering op deze regel is. Dus, als jij Jezus verloochend hebt onder druk van jouw familie, of uit angst voor vervolging, dan mag je naar God teruggaan, je zonde belijden en Zijn vergeving ontvangen!
Ben je bang?
Als je Jezus niet verloochend hebt, maar wel bang bent dat je geen weerstand zult kunnen bieden ‘op de dag van het kwaad’, breng dan je zorgen bij God. Geloof in Zijn beloften. Laat me er een paar noemen:
- “Mijn genade is voor u genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht” (2 Korintiërs 12:9).
- “Wees niet bevreesd voor hen die het lichaam doden en daarna niets meer kunnen doen” (Lukas 12:4).
- “Wanneer zij u dan zullen brengen naar de synagogen en voor de overheden en de machthebbers, wees dan niet bezorgd hoe of wat u ter verdediging moet zeggen of wat u moet spreken. Want de Heilige Geest zal u dat uur leren wat u moet zeggen” (Lukas 12:11-12).
- “Aan Hem nu Die bij machte is u voor struikelen te bewaren, en u smetteloos te stellen voor Zijn heerlijkheid, in grote vreugde, de alleenwijze God, onze Zaligmaker, zij heerlijkheid en majesteit, kracht en macht, nu en in alle eeuwigheid. Amen” (Judas 1:24-25).