Is er redding in andere religies?

Is er redding in andere religies?

Jezus zei: “Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij.” (Johannes 14:6). De apostelen riepen: “En de zaligheid is in geen ander, want er is onder de hemel geen andere Naam onder de mensen gegeven waardoor wij zalig moeten worden.” (Handelingen 4:12). De profeten uit het Oude Testament zijn het erover eens. “Van Hem getuigen al de profeten dat ieder die in Hem gelooft, vergeving van zonden ontvangen zal door Zijn Naam.” (Handelingen 10:43).
De boodschap van de Bijbel is dus duidelijk. “Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven, maar wie de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn van God blijft op hem” (Johannes 3:36).

Andere religies

Maar hoe zit het met andere religies? Waarom kunnen we niet gered worden door filosofie en ‘spirituele verlichting’, zoals Boeddha heeft geleerd? En waarom kunnen we niet gered worden door onze oprechte gebeden en goede werken, zoals Mohammed leerde? Waarom kunnen we niet gered worden door andere goden te aanbidden, zoals het hindoeïsme leert? De reden waarom er geen redding is in deze andere religies,  is omdat geen van hen zich bezighoudt met onze diepste behoefte: een herstelde relatie met God — welke goede dingen andere religies ons eventueel ook leren.

Redding

De zaligheid die we nodig hebben is tweezijdig. Redding VAN Gods toorn (Romeinen 1:18) en redding TOT vriendschap met God (Jakobus 2:23). Alleen Jezus kan ons hier helpen, vanwege wat Jezus op unieke wijze heeft GEDAAN, en vanwege Wie Jezus uniek IS.

Jezus alleen

Jezus heeft gedaan wat niemand anders ooit heeft gedaan.

  • Alleen Jezus heeft een volmaakt rechtvaardig leven geleefd (Johannes 8:46; 1 Petrus 2:22), omwille van ons (Romeinen 3:22; 5:17), opdat we door geloof rechtvaardig kunnen worden (Filippenzen 3:).
  • Alleen Jezus stierf een verzoenende dood (1 Johannes 2:2; 4:10), voor onze zonden (Jesaja 53:4-6; 1 Petrus 3:18), om ons te redden van de toorn van God (Romeinen 5:8- 9).
  • Alleen Jezus is uit de doden opgestaan (Handelingen 1:22), tot onze rechtvaardiging (Romeinen 4:25, 1 Korintiërs 15:17), om ons tot geestelijk leven te brengen (Romeinen 6:5-11).
  • En alleen Jezus wast ons met de Heilige Geest (Mattheüs 3:11), door onze wedergeboorte (Johannes 3:5-8, Titus 2:5-6), om onze harten te vullen met ware liefde voor God (Romeinen 5:5).

Uniek

Geen enkele andere persoon of religie kan doen wat Jezus heeft gedaan, omdat Jezus Zelf uniek is (Johannes 1:18). Andere mannen en vrouwen hebben misschien een relatief goed leven geleid volgens menselijke maatstaven (bijv. Lukas 1:28), maar zelfs zij hebben een Redder nodig (Lukas 2:47). Want alleen de volledige menselijke (Johannes 1:14; Hebreeën 2:14) , volledig goddelijke (Johannes 1:1; Hebreeën 1:8) Zoon van God (Johannes 3:16) biedt God, namens ons (Romeinen 10:3-4), een aanvaardbare gerechtigheid aan (Galaten 2:21).

Andere priesters hebben misschien voor hun volk gebeden en offers gebracht voor hun zonden (Hebreeën 10:11). Maar alleen de eeuwige Hogepriester kan eeuwig voor Zijn volk bidden (Hebreeën 7:25) en een offer brengen dat voor eens en voor altijd volstaat (Hebreeën 7:27; 10:12).

Andere mannen en vrouwen zijn mogelijk opgestaan uit de dood (bijv. Johannes 11:43-44), maar alleen de Ene met leven in Zichzelf (Johannes 5:26) is opgestaan met een onsterfelijk opstandingslichaam (1 Korinthiërs 15:42-54) en autoriteit om zonden te vergeven (Markus 2:5-12) en het leven te schenken op de oordeelsdag (Johannes 5:27-30).
Tenslotte, wat voor aardse autoriteit andere religieuze leiders dan ook hebben gehad, alleen Jezus zit nu aan Gods rechterhand (Lukas 22:69; Efeze 1:20). Met alle autoriteit in de hemel en op aarde (Efeziërs 1:21-22), zelfs om de Heilige Geest uit te storten (Handelingen 2:33).

Gods genade

Gods gebod voor aanhangers van niet-christelijke religies is genadig, maar compromisloos: Zij moeten zich van de afgoden tot God bekeren “om de levende en waarachtige God te dienen, en Zijn Zoon uit de hemelen te verwachten, Die Hij uit de doden heeft opgewekt, namelijk Jezus, Die ons verlost van de komende toorn” (1 Tessalonicenzen 1:9-10), “Want ieder die de Naam van de Heere zal aanroepen, zal zalig worden. Hoe zullen zij dan Hem aanroepen in Wie zij niet geloven? En hoe zullen zij in Hem geloven van Wie zij niet gehoord hebben? Hoe zullen zij horen zonder iemand die predikt? En hoe zullen zij prediken, als zij niet gezonden worden?” (Romeinen 10:13-15).

Daarom moeten christenen het zendingsbevel gehoorzamen. “En Jezus kwam naar hen toe, sprak met hen en zei: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen. En zie, Ik ben met u al de dagen, tot de voleinding van de wereld.” (Mattheüs 28:18-20).

Deel artikel